Redigeren is altijd inspirerend en leuk om te doen. Om uit te leggen hoe het redactieproces werkt, deel ik het op in verschillende fasen die ik aan de Opleiding Uitgeverij heb geleerd.

Macroredactie

Om te beginnen analyseer ik de opbouw en structuur van een tekst. Kloppen de logica en structuur? Staat de juiste informatie bij elkaar? Is er een goede spanningsboog? Zijn de titels van de hoofdstukken eenduidig? Bij macroredactie draait het om de hoofdstukindeling, de alinea-indeling en controle op herhalingen. Is de volgorde van de informatie logisch? Spreekt de auteur zichzelf tegen? Na deze analyse gaat het manuscript met opmerkingen en aanbevelingen retour naar de auteur, die de nodige aanpassingen doet.

Eindredactie

De volgende stap na de macroredactie is de eindredactie. De inhoud en volgorde van het boek staan als een huis. Nu gaat het om de aankleding. Lopen de zinnen goed? Leest het prettig? Kloppen spelling en grammatica? Kan het korter? Is elke zin die er staat nodig? Kan er iets weg? Elke zin wordt onder de loep genomen en zo nodig verbouwd. Het hele huis wordt onder handen genomen en intensief vertimmerd. Ook na deze redactieronde gaat het manuscript weer terug naar de auteur.

Microredactie

Het is zover: de macroredactie en eindredactie zijn klaar. De logica klopt en de zinnen lopen lekker. De vormgever heeft zijn werk gedaan. Het boek staat niet alleen als een huis, het ziet er allemaal ook nog eens erg goed uit. Nu is het tijd om aandacht te besteden aan de laatste details: rondslingerende kwasten worden opgeborgen, en de laatste restjes bouwstof worden weggepoetst. In deze laatste redactiefase gaat het om het controleren op overgebleven spelfouten, typefouten en de leestekens. Bij dit correctiewerk wordt nauwelijks nog ingegrepen in de tekst, want die is al geredigeerd en in principe helemaal klaar. Ook de auteur krijgt de proefdrukken nog eens te zien. Na afronding van microredactie is het boek klaar voor de drukker. 

Vlaams en Nederlands

Omdat ik Nederlandse ben, maar in België woon, werk ik in opdracht van zowel Nederlandse als Vlaamse opdrachtgevers. Dat vergt op het gebied van redactie wat extra aandachtspunten.

Vlaams en Nederlands lijken verraderlijk veel op elkaar. Omdat we vaak dezelfde woorden gebruiken, maar met een andere betekenis, ligt miscommunicatie op de loer. Wanneer een Vlaamse tegen een Nederlandse zegt dat ze een leuk kleedje draagt, kan dat tot onbegrip leiden. In Nederland liggen kleedjes alleen op de vloer of op tafel. Alleen met carnaval trekken sommige Nederlandse vrouwen een kleedje aan.

Andere subtiele verschillen: Vlamingen spreken over een ‘correcte’ prijs, terwijl Nederlanders de prijs ‘redelijk’ vinden. Bekende Vlamingen zijn in Vlaanderen ‘gekend’, in Nederland is een BN’er ‘beroemd’. Vlamingen ‘degusteren’, een Hollander ‘proeft’, enzovoort. Dankzij kennis van zowel Vlaamse als Nederlandse uitdrukkingen weet ik Vlaamse teksten geschikt te maken voor het hele Nederlandse taalgebied, zonder de tekst te verhollandsen.